Last van corona-angst?
Houd je angstvallig bij of het corona-virus al bij jou in de buurt is gesignaleerd? Doe je ieder uur een rondje nieuwsapps om de laatste ontwikkelingen rondom deze onbekende ziekmaker op de voet te volgen? Heb je toch snel dat laatste setje mondkapjes bij de drogist gekocht, ook al raden de deskundologen het gebruik ervan af? Kocht je al desinfecterende handgel en een noodvoorraadje bruine bonen? Dan heb je weliswaar niet het virus opgelopen – nog niet althans – maar al wel last van corona-angst. Arme jij!
Lees in dat geval ter verlichting snel het gedicht ‘Waar men bang voor is’ van Maria Barnas. Dat bevat zóveel dingen om bang voor te zijn dat je angst voor het corona-virus vast als sneeuw voor de zon verdwijnt. Voor een paar uur zeker, maar misschien ook wel een stuk langer, afhankelijk van de mate waarin de corona-angst al door je afweersysteem heen wist te dringen.
Bijsluiter: Eenmaal daags innemen zolang het virus rondwaart, bij voorkeur in de ochtend. Ook geschikt voor inname bij een acute angstaanval.
Waar men bang voor is – Maria Barnas
Baden, mijten, jeuk, zuurheid, alarmsystemen, open plekken,
hoogten, van een (geringe) hoogte springen, vaagheid,
lucht, tocht en wind in het algemeen, braken, krankzinnigheid.
Pijn, pleinen, wilde spinazie, straten, naalden, katten en dieren
die op katten lijken, nierziekte, kippen, knoflook, meningen,
het uiten van meningen of het ontvangen van lof, stof, staan.
Lopen, autorijden, met de auto een kruising schuin oversteken,
tolwegen, vergeten, schrammen, omhoogkijken, lucht inslikken,
stikken, Engeland, Engelsen, de Engelse cultuur, bloemen.
Razernij of woedend worden, onbeweeglijkheid van een gewricht,
de maatschappij, overstromingen, alleen of alleenstaand blijven,
oneindigheid, aanrakingen, bijen, mensen met amputaties, amputaties.
Plakkerig eten, spinnen, cijfers, vuur, flauwvallen, onweer, bliksem,
sterren, het heelal, asymmetrie, ataxie, wanorde, rommel, ruïnes,
atoomexplosies, falen, fluiten, goud, noorderlicht, de eigen taal.
Eenzaamheid, zichzelf, het eigen spiegelbeeld, vliegen (in vliegtuigen),
kogels en raketten, bolsjewieken, zwaartekracht, vallen, diepten,
onpeilbaar water, diepe gangen, dicht bij hoge gebouwen staan.
Kikkers, salamanders, boeken, planten, eigen biseksualiteit
of die van anderen, mooie vrouwen, vrouwen, zich emotioneel binden
aan een ander persoon, slijm, spoken of de boeman, padden.
Lichaamsgeuren, lelijkheid, lelijk zijn, kanker, zwermen,
hartaandoeningen, het hart in het algemeen, vlees of het eten van vlees,
belachelijk worden gemaakt, nieuwe geneesmiddelen, kometen.
Nieuwe ideeën, vrolijkheid, sneeuw, aangeraakt worden, moslims,
de islam, de islamitische cultuur, haar, chemicaliën of het werken
met chemicaliën, tijd, klokken, voedsel, kleine of gesloten ruimten.
Stelen, steken en gestoken worden, bedden of naar bed gaan,
begraafplaatsen, seksueel misbruik, het maken van keuzen,
vertraagde, verstopte of moeizame stoelgang, ontlasting in het algemeen.
[…]
Lees of beluister het hele gedicht hier: https://www.poetryinternational.org/pi/poem/23957/auto/0/0/Maria-Barnas/Waar-men-bang-voor-is/nl/tile
Maria Barnas
Jaja, de oerknal
De Arbeiderspers, 2013