image_pdfBekijk PDFimage_printPrint PDF

Voorzitter Carla de Jong: “Het werk van de Culturele Apotheek opende mijn ogen”

Ze is sinds dik een jaar voorzitter van ons driekoppige stichtingsbestuur: Carla de Jong. Deze duizendpoot is schrijver én coach én zorgprofessional. Ze schakelt – net als de Culturele Apotheek dat in haar activiteiten doet – met groot gemak tussen het culturele domein van de literatuur en het sociaal-maatschappelijke domein van zorg en welzijn. “Ik zie dagelijks hoe belangrijk kunst is, juist als er verlies is, pijn, of als het denken minder wordt.” We laten je graag even kennismaken met onze voorzitter.

Als kind had Carla drie dromen. “Ik wilde schrijfster worden, ik wilde verpleegster worden en ik wilde boer worden. Lekker uiteenlopende wensen dus. Maar met wat omwegen zijn twee ervan werkelijkheid geworden.” In sneltreinvaart hoe dat zo kwam: ze studeerde eerst Nederlands maar zag een toekomst als leraar niet zitten. Dus switchte ze naar de HBO Verpleegkunde en ging ze aan het werk in de psychiatrie. “Daar heb ik ontzettend veel meegemaakt. Ik werkte op een opnameafdeling en zag daar veel tragiek en maakte veel heftige dingen mee. Omdat het me interesseerde hoe je daar als team mee omgaat, ben ik sociale wetenschappen gaan studeren.” Sindsdien begeleidt ze zorgteams en managementteams bij zorginstellingen. In coronatijd koos ze ervoor aan de slag te gaan in de ouderenzorg. Bij Amsta ondersteunt ze een team dat zich bezighoudt met mensen met dementie en probleemgedrag.

Halverwege-gevoel
Romans schrijven doet ze ondertussen ook. “Eerst leefde ik mijn schrijflol als adviseur uit op rapportages. Maar toen overleed op mijn 39e mijn best nog jonge vader heel onverwachts. Dat triggerde bij mij enorm het ‘halverwege-gevoel’: wat was er allemaal nog dat ik eigenlijk graag wilde en vooral niet uit moest stellen naar later? Schrijven, zo wist ik meteen. Dus dat ben ik gaan doen. Al snel had ik een verhaal, en nog een, en een paar jaar later debuteerde ik met In retraite.”
9 romans verder heeft ze een mooie balans gevonden tussen haar schrijven en haar werk als zorgcoach en organisatieadviseur. “In mijn schrijven zie je dat ook terug. Daarin is wat mij interesseert in mijn werk nooit ver weg. Mijn boeken gaan eigenlijk altijd over over groepsdynamiek, of dat nou in families is, tussen vrienden of in organisaties.”

Duik in een boek
Het voorzitterschap van de Stichting Culturele Apotheek sluit voor Carla mooi aan bij haar werk en wat ze belangrijk vindt. “Literatuur is een effectief medicijn zonder ongewenste bijwerkingen. Boeken kunnen je zo ongelooflijk veel troost en inzicht bieden, en kunnen levenspijn verzachten! Ook kunnen ze je gewoon heerlijk verstrooien en laten genieten, en ook dat is buitengewoon gezond voor de mens. Aan het breed verspreiden van deze medicijnen, zoals de Culturele Apotheek doet, werk ik graag mee. Natuurlijk voeren we als schrijvers en lezers een achterhoedegevecht met de almaar oprukkende beeldcultuur. Lezen en films of series kijken zijn beide iets narratiefs, maar als je het effect van een avondje Netflix slurpen vergelijkt met een duik in een boek – wat ik allebei graag doe – dan is het verschil groot. Bij lezen maak je zelf beelden in je hoofd en ontstaat er iets creatiefs in je eigen brein. Dat proces gebeurt ook met schrijven. De magie van het geschreven woord gun ik iedereen.”

Ritme van woorden
Bijzonder enthousiast is Carla over het inzetten van literatuur in de ouderenzorg. “Helemaal nu ik zelf weer meerdere dagen per week rondloop in een verpleeghuis, zie ik hoe belangrijk kunst is, juist als er verlies is, pijn, of als het denken minder wordt. Dat de Culturele Apotheek ook samenleessessies met mensen met dementie organiseert, vind ik fantastisch.” Dat laatste is niet alleen ingegeven door professionele ervaringen, maar ook door een persoonlijke geschiedenis. “Ik had een zeer belezen moeder, die mij literatuur en de waarde ervan met de paplepel ingoot. Tot mijn verbazing verflauwde haar interesse in literatuur toen ze ouder werd. Achteraf bezien is dat een van de voortekenen geweest van een lang dementieproces. Elf jaar lang bezocht ik mijn moeder in het huis waar ze opgenomen was. Gelezen werd daar niet. Muziek was er wel, een marteling voor mijn moeders oren. Zij hield van Bach en moest in haar laatste jaren André Hazes verdragen. Ik las haar niet voor, al was ik inmiddels schrijver. Ik kwam er simpelweg niet op, al heb ik mijn kinderen gekropt met voorlezen. Het werk van de Culturele Apotheek opende mijn ogen, helaas te laat voor mijn moeder. Wat had ik graag de kracht van samen poëzie lezen, literaire passages delen met haar en haar medebewoners willen verkennen. Hoewel mijn moeder de laatste jaren diep in haar dementie was weggezonken, had poëzie of herkenbaar literair werk misschien weerklank gehad, al was het maar in een ritme van woorden.”

*Foto: Ruud Pos